Het fijne van oude ‘maatjes’
-vrienden, of mensen met wie je
jarenlang gewerkt hebt– is
dat je een
verleden deelt
net als, eigenlijk,
met familie
maar dan
zonder die bloedband
die het
vanzelfsprekender maakt
dat je de draad oppakt
op het punt waar
je was gebleven
die laatste keer
dat je elkaar zag
het reünietje van gisteren
maakte het weer zo duidelijk
ook een gedeeld werkverleden
kan herleven in iets
dat veel dieper gaat
dan de gedeelde herinneringen
aan mensen, die nu zijn overleden,
of die vreselijk gekke dingen
die gebeurden en
waar we nu nog net zo hard om
moeten lachen
als eertijds
wat alleen maar kan
omdat we allemaal ook
de sfeer van toen
nog kennen
eind jaren zeventig
toen de bomen nog
tot in de hemel groeiden
het geld tegen de plinten klotste
en ons Nederlands werknemersbestand
werd verrijkt met
collega’s uit alle landen
waar men Engels als
geboortetaal sprak
maar waarvan de culturen
onderling net zo verschilden
als met die van ons
‘economische vluchtelingen’
waren we, zei mijn vriendin
uit Engeland, het land dat
ook toen al
uit zijn grootse verleden
was gevallen, maar het
maar niet kon erkennen
hier vonden ze
niet alleen goed werk,
een woonplek, maar ook
vrienden voor het leven
net als wij in hen
leuke, interessante collega’s
en vrienden voor het leven
vonden
met wie we onze jonge, en
middelbare levensjaren
deelden en nu
de oudere, onze rimpels,
onze pijntjes en levenspijnen
met de schaterlach
die het klimmen der jaren
niet heeft doen verminderen
integendeel
ons gedeelde werkverleden
het deurtje waardoor we
ons diverse heden
binnengaan
en het weer
gezamenlijk maken
de verschillen die
onze kijk verrijken
nog steeds daar
met een smile
en een goed glas wijn
Those were the days my friend we thought…